maandag 17 oktober 2011

Alles voor de trui


Mijn wegseizoen had ik eigenlijk al afgesloten. In mijn vorige bericht had ik al gezegd me, na een maand rust, nu op de baan te richten.
Toen er dus eind september bekend werd dat het NK voor studenten dit jaar toch door zou gaan, was ik er niet direct happig op. Weinig moraal, halverwege oktober, clubparcours... En dan ook nog eens compleet uit vorm en met slechts 2 weken training in de benen.

Een echte voorbereiding had ik dus niet. Ik heb nog serieus overwogen me af te melden. Een week eerder ging het bij een baansprint-wedstrijd in Alkmaar zo slecht (250 meter in ongeveer 3 uur, 25 minuten, 10 seconden en 74 honderdsten, of iets wat daarbij in de buurt kwam) dat het de vraag was of ik überhaupt de neutralisatie zou overleven (en die is er niet eens).

Eigenlijk mocht ik me niet afmelden, daar ik een 'titel' van vorig jaar te verdedigen had (nouja, in een andere categorie dan). Tel daarbij op dat er ook niet op de baan te trainen was en ik dus naar een andere trainingsvorm moest zoeken. En ik had natuurlijk kans op zo'n mooi rood-wit-blauw truitje (wat eerder bij het NK voor Elite z/c niet gelukt was).


Gelukkig waren er nog mede-WTOS'ers en ben je bij een NSK altijd verzekerd van een gezellig sfeertje. Tel daarbij op het stralende weer en ik had op de dag zelf er wel weer zin in. En vanzelfsprekend de kans op een rood-wit-blauw truitje.

Op het clubparcours Nedereindse berg moesten we een aantal rondes (36 volgens de organisatie, 33 volgens mijn teller) afleggen met ook wat hoogtemeters per rondje (18 volgens de organisatie, 10 volgens mijn teller). Niet dat het door deze tegengestelde cijfers ineens een stuk makkelijker werd. Er stond nog een stevig briesje en de mannen hadden er zin in. Het peloton met 50 Amateurs/Sportklasse en 30 Elite/Belofte stond te trappelen om het wegseizoen goed af te sluiten.

Voor mij was de taak zogenaamd 'simpel'. In het peloton blijven plakken en hopen op een eindsprint. Ik wist immers niet hoe de benen waren en kon dus met een bij voorbaat hopeloze aanval al mijn kansen direct in de prullenbak kieperen.


Gelukkig liet dit peloton het toe om lekker in de buik te bivakkeren. Het heuveltje deed wel pijn, maar was te overleven. Zeker omdat ik merkte dat ik daar niet de minste was (in tegenstelling tot een week eerder in Alkmaar). Wonder boven wonder was ik nog niet verleerd hoe in een peloton te rijden, want ik kon me prima onttrekken aan het stevige windje dat om de berg/heuvel heen waaide.

Een aantal renners meenden het nodig te vinden om het peloton te ontvluchten. Een 5-tal (of was het 6?) wist een aardige voorsprong op te bouwen. Bij het afsprinten van de Amateurs waren de overgebleven 2 Elite-renners (de anderen in de kopgroep waren Amateurs) echter weer binnen handbereik. De laatste 10 ronden van de koers zouden bepalen wie er met de titel vandoor ging.

Van collega-baanrenner Patrick Bos, die ik nog had gestimuleerd om mee te doen, wist ik dat hij rappe benen had. Een logisch gevolg zou dus zijn dat ik de laatste 3 ronden aan zijn achterwiel geplakt zou zitten. Daar faalde ik hard, en dus bevond ik me met 2 ronden te gaan aan de staart van het, ietwat gedecimeerde, pelotonnetje.
Toen bleek wel dat ik me voldoende gespaard had tijdens de koers, want ik kon nog heel makkelijk opschuiven. Snel het wiel van Patrick weer opgezocht en zo gingen we samen op kop van het peloton door de laatste bocht.

Patrick nam het initiatief waardoor ik iets in zijn wiel terug zakte. Met nog 150 meter te gaan kwam ik ernaast en leek ik er makkelijk voorbij te kunnen. Hij had echter nog wat over en zo werd het stuivertje wisselen richting de streep. Bij de streep aangekomen mikten we allebei onze fiets naar voren.

Geen van ons was direct overtuigd van de zege en dus was het wachten op het jury-oordeel. Op basis van een matig finish-filmpje beslisten zij het volgende:


Eindelijk zo'n mooie rood-wit-blauwe trui!
En wat mij betreft is het wegseizoen nu echt klaar.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten